Vanomobil
GoBoony
Urbano
SEC Construction
Ruwelka Verzekeringen
Dicar Motorhomes
Alpha Motorhomes
ABC Mobile

Inhoud

Campersite op Instagram

Frankrijk Bretagne 2006

Bretagne camperreizen met Willy en Andrea

 Augustus leek een herfstmaand. Willy en ik zijn die triestige regen en het  binnenzitten beu. We surfen op Internet op zoek naar een interessante  reisbestemming. Nadat we het relaas van Jack en Els over Bretagne gelezen  hebben,  is onze beslissing vlug genomen. We trekken naar Bretagne !

 Donderdag, 7 september

Een paar jaar geleden waren we in Normandië en hadden niet de gelegenheid om de Abdij van Jumièges te bezoeken. Er woedde een hevige storm en daardoor was de abdijkerk, om veiligheidsredenen, gesloten. Daarom wordt onze eerste overnachtingplaats Jumièges. Als we er aankomen is het al 18.00 uur. Aan de Abdij staat een bord dat naar de camperplaats verwijst, zo´n 100 m verder. De camperplaats is gratis, je kan er grijs water en het chemisch toilet ledigen, er is geen eletriciteit en geen water. We staan er met twee campers. Na een avondwandeling langs de Seine en door het centrum van het stadje belanden we doodmoe in bed.

Dag 1 – 526 km afgelegd, Overnachting : Aire de Camping-cars – Jumièges

 Vrijdag, 8 september

In een park van 15 hectare met eeuwenoude bomen ligt de grootste Romaanse abdijkerk van Normandië. De ruïnes van deze 11de eeuwse Benedictijnenabdij van Jumièges zijn indrukwekkend en ons bezoek resulteert dan ook in een reeks mooie foto´s.
Na de middag trekken we verder, via de Pont de Brotonne, met als doel Mont St.Michel. Aan een rotonde nemen we, dank zij ons Vera (gps), een verkeerde afslag en komen op de Pont de Tancarville terecht. Er zit niets anders op dan dezelfde brug terug te rijden en dus ook twee keer te betalen.
Nadien loopt alles vlot. We komen door het mooie, maar drukke stadje Pont l´Eveque. Vóór Caen stoppen we even om de innerlijke mens te versterken. Het is ondertussen al 16.00u en veel te laat om nog door te rijden tot Mont St.Michel. We houden het vandaag voor bekeken en rijden richting Cabourg om er aan de kust een plaatsje te zoeken voor de nacht. Volgens onze campergids zou hier een officiële camperplaats zijn aan de Rue des Jardins du Casino. We vinden die plaats niet en installeren ons dan maar op een parking aan de promenade.

Het is eb; dat maakt het strand enorm breed en nodigt uit voor een wandeling. Na een uurtje zijn we terug aan de camper en we staan er niet meer alleen, nog vier andere campers willen hier ook overnachten. ´s Avonds zien we het wolkendek boven zee verkleuren en de zon in zee zakken. Ik vlieg met mijn fototoestel naar buiten. Het is een superfotosessie geworden.

Dag 2 – 190km afgelegd, Overnachting in Cabourg Parking a.d promenade

Zaterdag, 9 september

We rijden verder via Caen naar Balleroy om er een van de mooiste kastelen van Normandië te bezoeken.

Nadien gaat het richting Avranches met zijn neogotische kathedraal en Jardin des Plantes, een botanische tuin van waaruit je een zicht hebt op zee en in de verte op de Mont St Michel.


We willen overnachten aan de Mont St Michel. Ooit hebben we er een hele dag rondgehangen. Nu willen we de Mont zien “by night”, met verlichting. Volgens onze info mag je er na 19.00u gratis parkeren tot 10.00u ’s morgens. Als we er aankomen, mogen we niet op de parking maar moeten op een grasveld staan vóór het lange toegangspad, omwille van het “hoog hoog water”, la grande maróe.
Het verschil in waterstand tussen hoog- en laagwater kan in de baai rond St.Michel 15 meter bedragen. Dit is het grootste getijverschil dat aan de kust van het vasteland van Europa waargenomen kan worden. La grande maróe komt alleen voor in de maanden maart en september, als de dagen en de nachten even lang zijn.

Voor ons is dit een toevallig treffen, een extra attractie. Een massa mensen is speciaal naar hier gekomen om dit mee te maken. Gewapend met fototoestel en statief stappen we de 2,3km lange weg om bij het eiland te komen. Wat een sfeer hier! Overal langs de kant zitten mensen te wachten tot het water opkomt. En het komt razendsnel, echt zoals Victor Hugo ooit schreef “l´Eau monte plus vite qu´un cheval au galop”. Ondanks alle verwittigingen waren er toch mensen die tot aan hun lenden in het water stonden. Willy die er een fotootje wou van nemen, stond op een-twee-drie ook geïsoleerd op een trapje met water om hem heen. Er zat niets anders op dan schoenen uitdoen en broekspijpen oprollen om terug op het droge te geraken.
10.00u: We keren terug naar de camper. We moeten een tijdje zoeken waar hij staat, het is donker en er staan hier wel honderd campers.

Dag 3 – 186km afgelegd – Overnachting: Parking a.d Mont St Michel

 Zondag, 10 september

De Route de la Baie volgend rijden we langs Cherrieux en Le Viviers sur Mer richting Cancale. Cancale is mooi maar druk en toeristisch. Campers kunnen alleen parkeren op de “aire de camping-cars”, Chemin Neuf richting haven. In de stad zelf, langs de kust is parkeren overal verboden voor campers en zijn er slagbomen aan de parkings. We volgen verder de Route de la Baie en komen zo aan de Pointe de Grouin. Hier vinden we aan zee, langs de weg een grote plaats om te parkeren. Het staat er al behoorlijk vol.
11.00 u, 22°C en de zon staat stralend aan de hemel. Het wordt een ontspannende, heerlijke dag: eten, verfrissen, muziekje, wandelen tot aan de pointe, fotos schieten, leven als god in Frankrijk.

17.00u en 27°C. We wandelen, klimmen langs de kliffen tot het volgende dorpje, genietend van het adembenemende uitzicht. De kleur van het zeewater doet haar naam “smaragdkust” alle eer aan. Wandelen in deze hitte is vermoeiend. Op het terras van de Pointe zoeken we verfrissing en proeven onze eerste plaatselijke oesters en mosselen.
Hier zou ik graag een zonsondergang meemaken ! Dus blijven we overnachten. We zijn niet de enigen, de meeste campers blijven voor de nacht. Het foto-experiment zonsondergang valt wat tegen. Om 21.00u wijst de thermometer nog 22°C aan.

Dag 4 – 56km afgelegd, Overnachting: Pointe de Grouin

Maandag, 11 september

Wat een verschil tegen gisteren, de thermometer duidt amper 10°C aan. Het wordt een licht ontbijt uit noodzaak; koffie met beschuit is alles wat we nog in voorraad hebben. We rijden verder richting Rothéneuf. Na een paar ererondjes vinden we Les Rochers Sculptós. In de rotsen is de geschiedenis van de Rothéneufse zeerovers gebeeldhouwd. Het is wel knap gedaan maar de rotsen zijn sterk begroeid met mos en door de afwezigheid van de zon komen de sculpturen niet echt tot hun recht. Persoonlijk vind ik het geen 2,5 euro p.p. toegang waard.
We moeten dringend een camping aandoen om water bij te vullen. Bij de servicezuilen kunnen we geen water tanken want we vergaten thuis onze waterdarm. Onderweg moeten we ook dringend inkopen doen, we zitten door onze proviand.

We rijden richting St.Malo, door Intra Muros en komen zo bij Camping municipale d´Alet (16 euro per nacht, 16 amp incl). La Cité d´Alet is een quartier van St.Malo. Een twintig minuutjes stappen langs de Port de Plaisance en je bent in “La Vieille Ville”. Onweerswolken, gedonder, bliksem, regen, een geschikte tijd om een rustdag te nemen. We vervelen ons niet … zorgen dat alle batterijen (camper, fototoestel, laptop,… ) opgeladen worden, water bijvullen, een wasje doen, uitgebreid gebruik maken van het sanitair …
17.00u: Het regent nog. We zijn het beu, trekken onze regenjack aan en stappen naar het centrum van St.Malo. Tegen de tijd dat we Intra Muros zijn, stopt het eindelijk met regenen zodat we nog enkele uren kunnen genieten van een wandeling op de wallen en naar het Fort. We doen een terrasje en proeven de Bretoense Galettes, dit zijn dichtgevouwen pannenkoeken van donker meel, gevuld met fruit naar keuze. Onze dag eindigt met een avondwandeling in La Citó d´Alet.

dag 5 – 53km afgelegd – Overnachting: Camping municipale d´Alet

 Dinsdag, 12 september

08.00u, 17°C en je hoort de misthoorns blazen. We vertrekken richting Dinan. Aan de Barrage de la Rance stoppen we even. Het geweld en de kracht van het water is indrukwekkend. Hier wordt elektriciteit opgewekt door gebruik te maken van eb en vloed. Het getijdenverschil kan hier 15m zijn !

Tegen de middag arriveren we in Dinan. We toeren rond en rond maar vinden geen parkeerplaats. Uiteindelijk hebben we er genoeg van, maken rechtsomkeer en rijden naar zee, naar de Pointe de Decolló. We passeren St.Lunaire, een mooi dorpje maar je mag er nergens parkeren met de camper. Dan maar verder via St.Briac-sur-Mer. Je hebt er een apart uitzicht over de haven met droogliggende bootjes.

De kust volgend belanden we in St.Jacut-de-la-Mer aan de Plage de Rougeret. Er staan al 25 campers. We hebben geluk. Er is nog net 1 plaatsje vrij. Overnachten is gratis, er zijn geen voorzieningen voor campers en toch is het een uitgelezen plaatsje. Je staat op 50m van het strand en je kan er uren kustwandelingen maken.

Dag 6 – 80 km afgelegd
Overnachting : Camperplaats St.Jacut-de-la-Mer Plage de Rougeret

 Woensdag, 13 september

07.30u, 15°C en een flauw zonnetje. Na het ontbijt wandelen we naar het Toeristenbureau in het centrum. We hebben een kleine panne. Als de verwarming aanstaat, is er verlies van koelvloeistof. In het toeristenbureau zijn ze supervriendelijk en behulpzaam. We horen hier dat er op zo´n 50km hier vandaan in Coëtmieux een Autostar-garage is. Dat valt mee. We wandelen terug langs een smal wegje tussen de kust en de zee, helemaal de pointe rond, terug naar de camper. Na het eten willen we naar de garage.
Tijdens een babbeltje met onze Franse buren heb ik het over ons probleempje. De man is een industriële elektricien en wil onmiddellijk kijken of hij het kan herstellen. Na een halfuurtje klungelen en een nieuw darmklemmetje, dat hij ook nog in voorraad heeft, is het euvel opgelost. Wat een geluk!!!
14.00u: We vertrekken, neen niet naar de garage, wel naar Plancoët, een plaatsje waar we romantische herinneringen aan hebben. Na een uurtje begint het weer te regenen, te gieten, non-stop.

We rijden richting Cap-Frehel. Het blijft regenen. De eerste camperplaats die we tegen komen is nokvol. Op de Pointe du Cap Fróhel is er nog veel plaats, je moet 2 euro betalen en je mag er niet overnachten. Ondanks kopen we een ticket, doen of onze neus bloedt en rijden de parking voor campers op. Er staan nog meer campers en ik vermoed dat die deze nacht ook willen blijven. Vanaf 2006 is het verboden hier te overnachten, ook op die andere parking en aan Fort La Latte.

Dag 7 – 66 km afgelegd – Overnachting : Parking Cap Frèhel

 Donderdag, 14 september

08.00u, 14°C en het heeft de hele nacht geregend. Het wolkendek ziet er grijszwart uit. Een toeterende bakker wekt al wie nog slaapt. Met regenjas en paraplu gewapend maken we toch een wandeling langs de kaap. Het blijft regenen. We houden ons aangenaam nuttig bezig in de camper: lezen, opruimen, plannen, …
Vóór we naar Fort La Latte vertrekken, rijden we naar Plóvenon, 3km terug, om er gebruik te maken van de sanizuil aan de Place de la Mairie. Aan Fort la Latte beginnen we, tussen de druppels door, met een wandeling in het park langs de kust. Je hebt hier een prachtig zicht op de roodzwarte falaises van de kaap. Nadien bezoeken we het fort. Daarmee hebben we vandaag genoeg gezonde lucht binnen en kilometers in de benen.

Via Les Sables d´Or les Pins rijden we naar Erqui, onderweg genietend van de mooie Bretoense natuur. De aire de camping-cars, Parking de la Plage de Caroual, ligt aan zee : plaats voor 40 campers, 4 euro voor 24u te betalen met automaat; er is een servicezuil. Het is eindelijk droog. De lucht ziet er nog donker en dreigend uit. Toch riskeren we een verkenningstochtje, dat uiteindelijk een flinke wandeling wordt, langs het brede strand. We zien de lucht prachtig verkleuren en de zon komt er zelfs even door voor ze onder gaat wat resulteert in een prachtige reeks foto´s. Ondanks de minder goede weersomstandigheden was het een geslaagde dag.

Dag 8 – 30 km afgelegd – Overnachting: Erqui – Parking de la Plage de Caroual

 Vrijdag, 15 september

Het regent, regent … Op de koop toe horen we via de gsm dat het thuis aan het nazomeren is, 27°C. Om moedeloos van te worden. Maar we volharden in de boosheid en we zetten onze tocht in Bretagne verder. We rijden via Plóneuf-Val-Andró naar Hillion aan de baai van St.Brieuc. In het centrum is een parking met service mogelijkheid. Je kan er ook water tappen met een jerrycan, wat ons goed uitkomt. Nadien trekken we naar de Plage en de Pointe de Guettes met een panoramisch zicht over de baai. Na een wandeling in de regen zijn we weer op weg via Plórin en St.Quay-Portrieux naar Plouha. In Plouha, Plage Le Palus, ligt aan een baaitje een camperplaats voor 35 campers met pótanquebaan, volleybalterrein en speeltuintje; er is een sanizuil (1 euro), overnachting is gratis, je staat er op gras.
En eindelijk ! Het is gestopt met regenen en de lucht verkleurt rood. “Red in the night, a sailors delight”. Misschien wordt het morgen eindelijk iets beter.

Dag 9 – 77km afgelegd – Overnachting: Plouha – Plage Le Palus

 Zaterdag, 16 september

Droog maar niet warm en Laura komt er ook niet door.
Pech! Een platte band. Willy legt het reservewiel op maar vindt het niet veilig om zonder reserve verder te trekken. In het centrum van Plouha is er gelukkig een degelijke garage. De garagist heeft niet de geschikte banden. Hij wil ze deze namiddag meebrengen uit St.Brieuc en monteren. Okó, ondertussen keren we terug naar Plage Le palus om er enkele uren te niksen en te genieten van zee, strand, natuur, eten… en HOERA de zon komt er door. Al bij al valt het nog mee.
16.00u: Met gloednieuwe banden zetten we onze tocht verder naar de Pointe de Plouêzec. Nadien volgen we de Route des Falaises en stoppen regelmatig om te genieten van het panoramisch uitzicht over de baai van St.Brieuc.

In Paimpol komen we nog net op tijd om de XIIIe eeuwse Abbaye de Beauport te bezichtigen. De abdij is echt de moeite waard.

We willen overnachten in Arcouest, op de parking om in te schepen voor l´Île de Bróhat. Vóór we daar geraken, zorgt ons Vera (gps) nog voor wat spanning. De laatste 2 km loodst ze ons door een erg smal straatje dat 16% daalt en je kan nog tegenliggers verwachten ook. Zo arriveren we op een kleine parking vóór een oesterhaventje, weliswaar in Arcouest maar niet waar we moeten zijn. Een jonge kerel wijst ons de juiste weg, wat neerkomt op terugkeren van waar we kwamen, het smalle straatje nu bergop en dan de andere kant naar beneden. Allemaal heel mooi voor de convoyeur maar knap lastig voor de chauffeur. Op de parking voor embarquement in Arcouest is plaats voor 600 auto´s. Het grootste deel van de parking is voorzien voor autos met maximum hoogte van 1,90m. Bij de laatste rij is de barre weggenomen en er staan zo´n 20 campers. Er zijn geen voorzieningen, maar we staan hier uitgelezen. Rechts ligt de zee, in de verte zie je Île de Bróhat en achter ons is wandelmogelijkheid langs de kust. We zijn net op tijd om te genieten van de ondergaande zon en het speciale avondlicht op de rotsen. Het is ondertussen hoogtijd dat we iets achter de kiezen krijgen. Nadien gezellig acclimatiseren met een wijntje, foto´s downloaden op de laptop en naar bed.

Dag 10 – 28km afgelegd, Overnachting: Parking in Arcouest – Île de Bróhat

 Zondag, 17 september

08.00u: Het is droog en de zon doet moeite om door te komen.
10.30u: Inschepen voor een toer van drie kwartier met een vedette rond Île de Bréhat. Daarna ontschepen we op het eiland. Ieder uur vaart er een boot terug. We hebben dus tijd genoeg om het mooie eiland te verkennen. Het is een lust om hier te wandelen. De natuur is schilderachtig mooi en overal staan bloemen. We zien er de getijdenmolen “Le Moulin à Marée du Birlot” en een piepklein kerkje boven op een heuvel van waaruit je een prachtig uitzicht hebt over het eiland.
02.30u: We keren met een vedette terug naar het vasteland, naar de camper.

We rijden terug naar Paimpol. Gisteren was het te laat om nog even naar de oude stad en de haven te gaan. Zo´n 100m van de haven en de oude stad is een camperplaats. Er is plaats voor 13 kleine campers en er is een servicezuil. In het hoogseizoen betaal je hier 5 euro, nu kan je gratis overnachten. We flaneren wat rond aan de haven, snuiven de lokale sfeer en doen een terrasje om er de plaatselijke oesters “huîtres de Paimpol” te proeven.
17.00u: We rijden richting Boloi met de bedoeling Château La Roche Jagu te bezichtigen. Voor een bezoek aan het kasteel zijn we te laat. Maar, we missen niet veel, het blijkt dat het interieur nihil is. Het kasteel wordt als tentoonstellingsruimte gebruikt. Het blijft dus bij een wandeling in het grote, mooie park er rond.

We bollen verder naar Pleubian waar twee parkings voor campers zijn. Als we in Pleubian de weg vragen, krijgen we uitgebreid uitleg. Ze stellen ons allerlei vragen over België, ze hebben daar vrienden, zijn er al een keertje geweest… Ze zijn super in de weer, denken dat we de uitleg niet begrepen hebben, stappen in hun auto en rijden ons voor tot de Parking van Pors Rand en zwaaien ons uit… Wat zijn die Bretoenen vriendelijk en behulpzaam !
Zo zijn we terecht gekomen op een idyllisch plaatsje aan zee (gratis overnachten, geen voorzieningen). Er staan al twee campers, allebei Nederlanders die vorige nacht ook op de parking in Arcouest stonden. Zoals wij, toeren ze ook de Bretoense kust af en het is dus logisch dat we hen later nog een paar keer terugzien. Hoe meer naar het zuiden, hoe mooier het wordt. We wandelen langs de kust tot de andere camperplaats Parc de Laneros, ook een enige plaats om te overnachten, maar niet direct aan zee.

Dag 11 – 93km afgelegd, Overnachting: Parking de Pors Rand in Pleubian

 Maandag, 18 september

Na menig foto van de sunrise in Pleubian en een heerlijk ontbijt verlaten we dit riante plekje richting Tróquier. Op de brede kade van de Port de Plaisance houden we halt. Je mag hier parkeren, niet overnachten. Om te overnachten moet je naar Parking Bois du Poète, nog ongeveer 200m verder naar links. Vlak voor ons is het Bureau du Tourisme. Gemakkelijk! We lopen even binnen voor info en een plannetje en worden er uiterst vriendelijk en gedienstig ontvangen. Trequier is een gezellig oud stadje, met smalle authentieke straatjes en huizen, het geboortehuis en het standbeeld van filosoof en historicus Ernest Renan en een magnifieke kathedraal.

13.00u: We trekken verder naar Plougrescant, naar Le Site Naturel Le Gouffre, waar in een schilderachtig landschap een huis tussen twee rotsen staat. Een rustig plekje om een tijdje rond te wandelen en te genieten.

Uiteindelijk rijden we verder naar Trélévern, naar Camping Port l´Epine. We willen een rustdag inlassen. Onderweg stoppen we aan een Inter Marchó. Onze kasten zijn zowat leeg, we moeten dringend nieuwe voorraad opslaan. De camping aanvaardt camping cheques, ligt aan zee, heeft een buitenzwembad ( nu gesloten), is goed als doorreiscamping. We profiteren ervan om onze batterijen op te laden, een wasje te doen … en genieten van een ontspannende douche.

Dag 12 – 56km afgelegd – Overnachting: Camping Port l´Epine – Trólóvern

 Dinsdag, 19 september

Tegen de middag verlaten we de camping en rijden richting Perros Guirec waar we gereserveerd hebben voor een excursie naar Les 7 Îles.
Les 7 Îles is het grootste ornithologisch reservaat van Frankrijk met meer dan 27 soorten vogels waaronder papegaaiduikers, aalscholvers, vetganzen, zeezwaluwen, grijze zeehonden … Op de rotsige wanden van het vogeleiland nestelen jaarlijks van januari tot september meer dan 34000 “Fous de Bassan” of “Jan van Genten”. Een dertigtal grijze zeehonden verblijven er het hele jaar.
14.30u vertrekt de vedette en doet alle eilanden aan, vertraagt, draait er rond en ondertussen krijgen we de nodige uitleg over de honderden, duizenden vogels die er nestelen. Er is maar óón eiland waar we mogen ontschepen en een halfuurtje rondlopen om het fort en de vuurtoren te bezoeken. Op de terugweg varen we nog langs Les Granites Roses van Ploumanach.

17.00u: we zijn terug aan de camper. Het was fantastisch en het weer ook. Nu rijden we naar Trégastel, zo´n 4 km verder, waar een grote parking voor 60 campers is. Als we er aankomen, staan er al zeker 30. Je betaalt hier 5 euro voor de nacht, rond 19u wordt die opgehaald. Aan de overkant van de straat is een grote supermarkt en een campingwinkel. De camperplaats is uitstekend gelegen als vertrekpunt voor urenlange wandelingen in de natuur, langs de kust.

Dag 13 – 20km afgelegd Overnachting : Parking de Poul Palud Trógastel

 Woensdag, 20 september

Vandaag hebben we zomerweer: 25°C. We maken een flinke wandeling tot de haven van Ploumanach en verder tot Les Granites Roses en de Phare.
13.00u: Eerst de innerlijke mens versterken, inkopen doen en dan op weg naar Lannion. Hier vinden we geen parkeerplaats. Dus rijden we door het drukke centrum naar de buitenrand van de stad. We komen er terecht in een prachtig stuk natuur met grote vijvers vol waterlelies. We vergeten Lannion en rijden naar een Gallisch dorp in Pleumeur Bodou-Cosmopolis waar we om 17.00u aankomen. Het dorp sluit echter om 18.00u en het kost 14 euro per persoon. Dus, niet genoeg tijd meer…

We rijden verder naar Tredez-Loquemeau. Aan het kleine vissershaventje is plaats voor 8 campers; er zijn geen voorzieningen. In dit minidorpje heb je een Café de Port, een Brocanterie, een restaurantje en een vismijn. En dat is het dan. Vanuit onze camper hebben we een schitterend uitzicht op het strand, de bootjes en het haventje. Onze avondwandeling is nogal kort, we zijn zo rond in dit kleine dorpje. We sluiten onze dag af met een bezoek aan het sfeervolle Cafó de Port (dat kleine cafó aan de haven).

Dag 14   50km afgelegd   Overnachting: Tredez-Loquemeau

 Donderdag, 21 september

08.00u, 18°C en krachtige wind. We zetten onze tocht voort. Vandaag verlaten we de Côtes d´Armor. Via St.Michel-en-Grève en Plestin-les-Grèves komen we in de Finistère. Aan de Pointe de Locquirec stoppen we om de toer van de Pointe te doen. Een bijzonder mooie wandeling.

Na het eten vertrekken we en volgen de prachtige Route Touristique richting Plougasnou tot in Le Diben om er te overnachten. De camperplaats ligt aan het strand met uitzicht op de haven. Er is een sanizuil en je mag er maximum 48 uren gratis staan. We staan hier in volle zon en er is véél wind. Toch blijven we staan. Tegen de avond gaat de wind liggen. Maar goed ook want de camper werd, ongezellig heen en weer geschud. In Plougasnou-Le Diben kan je inschepen voor een bezoek aan Le Chateau du Taureau, wat je alleen kan bereiken per boot. We pakken er naast, alles is volgeboekt tot begin oktober. Ook het vertrek vanuit Carantec is volgeboekt. Jammer !

Dag 15 – 42 km afgelegd – Overnachting: Plougasnou – Le Diben, Rue des Grands Viviers

 Vrijdag, 22 september

We rijden verder langs de Route Touristique, rond de baai van Morlaix. Onderweg zien we artisjokvelden met artisjokbloemen. Prachtig ! Dit had ik nog nooit eerder gezien. Er was geen mogelijkheid om te parkeren of te stoppen anders had ik er zeker schitterende foto´s aan overgehouden. In Morlaix aangekomen vinden we een geschikte parkingplaats aan de haven. Een flauw zonnetje wisselt af met regenbuien. Een geschikte dag voor een stadsbezoek. Langs de haven en onder de imposante viaduct, waarover de trein Paris-Brest rijdt, door komen we in het centrum aan het Pavillon de Tourisme. Met een gedetailleerd plannetje doorkruisen we de stad. Willy en ik houden van oude gebouwen. Morlaix met zijn smalle straatjes, typische gebouwen, kerken … valt super mee.
´s Middags eten we in een lokaal eethuisje. Het is er gezellig, lekker, betaalbaar en de bediening is uitstekend. En, ondertussen is de regenbui weer voorbij.

15.00u : We verlaten Morlaix en volgen de Voie Verte tot Carantec, Pointe Penn-al-Lan. Hier vinden we een plek met een uitzonderlijk mooi uitzicht. Je ziet er ón Île Louët ón het Château du Taureau belicht door de namiddagzon. We nemen onze tijd en genieten.

Dan rijden we verder. Onderweg tanken we, doen inkopen en komen om 19.00u aan in St.Pol de Léon. Er staan al een twintigtal campers maar we kunnen er nog bij. Iets verder staan nog zo´n 10 campers en er staat ook een sanizuil.
We maken een avondwandeling naar het centrum. Het wordt flink stappen want ´t is verder dan verwacht. In de stad staan we versteld van de mooie kerk en statige kathedraal. Morgenvroeg komen we zeker terug om alles bij daglicht te zien en te fotograferen.

Dag 16 – 50 km afgelegd – Overnachting: St.Pol de Lóon

 Zaterdag, 23 september

Stralende zon en geen wind. Al vroeg zijn we weer in het hartje van St.Pol de Lóon om de stad bij daglicht te zien en de kathedraal binnenin te bezichtigen. Tegen de middag rijden we verder naar Roscoff. De aire de camping-cars is net voorbij de Car-Ferry Port, aan de Pointe de Sainte Barbe. De camperplaats ligt weer aan zee, rechts van de haven, overnachten is gratis en er is een sani-zuil waar je gratis water kan nemen. Vanuit de camper zien we de Car-Ferries naar Engeland en Ierland vertrekken en toekomen.
14.00u : We bezoeken de “Jandin Exotique de Roscoff”. Ik heb me er veel van voorgesteld. Bloemen en planten interesseren me erg. Maar achteraf blijkt dat het niet de geschikte periode is om zo´n tuin te bezoeken. De meeste planten zijn uitgebloeid, zodat 5 euro toegang wel veel is en niet de moeite. Pech !

Dan stappen we naar het centrum van Roscoff en het vissershaventje. Dat is een voltreffer. Hoewel heel toeristisch is het een prachtstadje: mooi kerkje, mooi centrum, sfeervol havenkwartier. Je hoort hier vooral Engels spreken, wat logisch is met die Car-Ferreis.
Het prachtige wolkendek en de mooie lichtinval maken dat ik hier een schitterende fotoreeks kan maken. Mijn dag kan niet meer stuk.

Dag 17 – 21 km afgelegd, Overnachting: Roscoff- Pointe de Sainte Barbe

Geen zon, veel wind, dus weer om aan sightseeing te doen. We verlaten even de kust. Om te beginnen rijden we naar Château de Kérouzéré (XVe eeuw) in Sibiril. Toevallig op 23 en 24 september gesloten. Jammer !
Dan maar naar Plouescat aan de kust op zoek naar de Menhir de Cam Louis. Op zich niet de moeite om voor om te rijden, maar het uitzicht op zee is uniek en we maken er al direct een heerlijke pauze van. Nadien rijden we naar het centrum van Plouescat om de hallen te zien en profiteren ervan om een bakker binnen te springen die op zondag open is.

Daarna gaat het naar het kasteel van Kerjean (XVIIe eeuw) in St.Vougay. Al bij het oprijden van de parking worden we overbluft door het prachtige kasteel met park er rond. Maar weer pech ! Het is vandaag Plantendag en daardoor is het kasteel niet te bezichtigen.

We geven het op en rijden naar Goulven waar volgens onze info een camperplaats is waar je voor 8 euro water, elektriciteit, overnachting, douches, … hebt. Al bij het binnenrijden van Goulven hangen overal borden met aanwijzingen. Je kan er niet naast. De “aire” zelf valt erg tegen. Hier valt niets te beleven en erg fris oogt het hier niet. We rijden verder naar Lilia aan zee bij Plouguerneau waar een camperplaats is met gratis water en elektriciteit. Na lang zoeken vinden we de parking. Inderdaad gratis water en elektriciteit, maar je staat langs de D71 en in volle zon. Dit lijkt ons niet ideaal. We hakken de knoop door en rijden naar een camping in Landóda. Het wordt dus weer zo´n “rustdag”: acclimatiseren, onze batterijen opladen, een wasje doen, onze tocht verder plannen, foto´s nemen, lezen,..
Camping Des Abers is een terrassencamping, ligt aan zee en aanvaardt camping cheques. We vinden een plaatsje met schitterend panoramisch uitzicht en zien vanuit de camper de zon ondergaan.

Dag 18 – 125 km afgelegd – Overnachting: Camping Des Abers – Landóda

Maandag, 25 september

Een prachtig wolkendek en het etherische ochtendlicht over de duinen en het landschap maken dit een enige plek waar je stil van wordt en waar je alleen maar kan van genieten ! De beslissing is vlug genomen. We blijven een extra dag op de camping in Landóda. Langs de kust stappen we tot aan de haven. Het is een flinke wandeling, veel verder dan ik had verwacht. Onderweg zien we hoe bij eb de oesterbedden bloot komen te liggen. We zien de oesterkwekers toekomen met bootjes en lieslaarzen; ze keren de oesterzakken om terwijl ze tot hun knieën in het water staan. De natuur is hier prachtig. Verder is het een verlaten gat. De schaarse winkels, cafós of restaurants die er zijn, zijn gesloten. Het is de laatste week van september en het toeristenseizoen is al voorbij. Zelfs aan de haven is geen activiteit te bespeuren.

Dag 19 – Overnachting : Camping Des Abers – Landóda

Dinsdag, 26 september

Tegen de middag maken we een tussenstop in Landerneau op weg naar Camaret-sur-mer. Landerneau is een mooi stadje aan een droogvallende rivier.

En, hier eindigt onze reis abrupt. Door een slecht bericht van het thuisfront moeten we onmiddellijk naar huis. We rijden via Morlaix en St.Brieuc.
Tegen de avond zijn we op de camperplaats in Avranches om te overnachten. Morgen nog zo´n 620 km via Caen, Abbeville, Rouen, Lille, Kortrijk, Gent naar Veerle.

Dit was het dan, onze eerste kennismaking met Bretagne. Onze tocht langs de Bretoense kust zetten we zeker ooit verder. De natuur is er buitengewoon mooi, Willy en ik houden van de zee en Bretagne is bijzonder campervriendelijk.

Groetjes van Willy en Andrea  Veel leesgenot.

Vanomobil
Vanomobil
GoBoony
GoBoony
Urbano
Urbano
SEC Construction
SEC Construction
Ruwelka Verzekeringen
Ruwelka Verzekeringen
Dicar Motorhomes
Dicar Motorhomes
Alpha Motorhomes
Alpha Motorhomes
ABC Mobile
ABC Mobile

Campersite.be

Account registreren

Gebruikersnaam *
E-mailadres *
Wachtwoord *
Bevestig uw wachtwoord *
Telefoonnummer
Verberg mijn telefoonnummer
Zakelijk account
Heeft uw onderneming betrekking tot kampeerauto's?
Bedrijfsnaam
Btw-nummer
Website
Contactpersoon naam
Contactpersoon E-mail
Contactpersoon telefoon
Facturatie straat en huisnummer
Facturatie postcode en gemeente
Voeg uw winkel/toonzaal toe