Door Harrie en Trudy
Zaterdag 4 juni vertrokken wij, bewapende met de 2005 editie van Le Guide du Camping-Car en 2 ordners met informatie van het internet afgetrokken, met onze Mobilhome / Fifth-Wheel vanuit Limburg voor een 3-weekse vakantie naar Frankrijk.
Omdat het weer begin juni doorgaans (en natuurlijk ook dit jaar) nog niet zo bijzonder geweldig is in Noord-Europa, was het plan om in enkele dagen zo snel mogelijk tolvrij naar de zuidelijke helft van Frankrijk te trekken en als het weer in het noorden wat aan de beterende hand is langzaam terug naar te reizen.
Dordogne, Ardeche, Alpen, Jura, was zo´n beetje het idee wat we in gedachten hadden, afhankelijk van de weersvooruitzichten.
We vertrokken dus op zaterdagmiddag en reden via Luik, Charleville en Reims tot aan Nogent-sur-Seine (1). Dit dorpje is bij ons bekend vanuit eerdere reizen.
Midden in het centrum heb je aan de Rue de la Corredie tegenover de Place de la Halle de Place Félix Etienne. Dat is een prachtige harde zand motorhomeparking aan de oever van de Seine recht tegenover het marktplein. Je dient er wel rekening mee te houden dat het zaterdagmorgen markt is, dus als je vrijdagmiddag/avond aankomt word je ´s morgens vroeg wakker van de arriverende marktkooplui en sta je binnen de kortste keren muurvast ingeparkeerd.
Goed, op zaterdagavond hadden wij hier geen last van en hebben na een heerlijk diner in een plaatselijk restaurant genoten we van een welverdiende 1e vakantienachtrust.
Zondagmorgen ging de reis verder via o.a. Sens, Montargis, Gien naar Vierzon, waar we de tolvrije autoweg naar Limoges namen. Even voor Limoges namen we de afrit naar Oradour-sur-Glane (2). Dit dorpje wat internationaal bekend is vanwege het oorlogsverleden heeft aan de andere kant van het openlucht-museum een schitterende gratis motorhomeparking met sanistation. Hier aangekomen kon de korte broek aangedaan worden en die is verder de gehele vakantie door hèt te dragen kledingstuk geweest.
Maandagmorgen hebben we het indrukwekkende en gruwelijke oorlogsverleden bekeken en geproefd van het volledige uitgemoorde en platgebrande dorp wat door de Fransen sindsdien onaangeroerd is gebleven. ´s Middags werd voor 2 Euro onze watertank aangevuld en de afvaltanks geledigd en zijn we van de westzijde van Limoges naar de oostzijde verhuisd.
Naar St.-Leonard-de-Noblat (3). Hier heb je onder aan de oevar van het idyllische riviertje La Vienne een kleine camperplaats waar we overnacht hebben.
Dinsdagmorgen zijn we slechts enkele kilometers verder gereden naar Peyrat-Le-Chateau (4).
Dit dorpje heeft een schitterend meertje met een heus strandje waarvan de parking door motorhomes gebruikt mag worden en in het centrum een speciale gratis motorhomeparking met gratis verzorging.
Wij hebben de dag en de nacht aan het meer doorgebracht en zijn op woensdagmorgen via het verzorgingsstation vertrokken naar de Dordogne.
Wanneer je het stadje aan de zuidzijde richting Perigeux verlaat kun je onmiddellijk na het passeren van de brug rechtsaf achter de verharde parking met schitterend park naar een groot grasveld wat dienst doet als motorhomeparking. Hier stonden wij met wel 40 andere motorhomes en hebben wij ´s avonds onze eerste BBQ genuttigd.
Donderdagmorgen ging onze reis verder via Perigeux naar Hautfort ( 6 ) met zijn prachtige kasteel en kasteeltuin, daarna nog een bezoekje aan het schitterende Montignac ( 7 ) en was het de bedoeling om in Sarlat te overnachten.
De camperplaats Place-Flandres-Dunqerque is speciaal voor motorhomes maar is zo luidruchtig gelegen aan een drukke verkeersweg dat wij alleen maar van de verzorging gebruik gemaakt hebben en daarna doorgereden naar het enkele kilometers verderop gelegen Domme ( 8 ).
Dit oude vestingsstadje bovenop een berg gelegen (wij vonden dat het mooiste stadje van de Dordogne, met uitzicht over het dal van de rivier La Dordogne) heeft ook een mooie schaduwrijke motorhomeparking (5 Euro per nacht), met verzorgingsmogelijkheden.
Zowel donderdagavond als vrijdagmorgen hebben wij door het prachtige Domme gewandeld en hebben vrijdagmiddag nog de nabijgelegen dorpen La-Roque-Gageac ( 9 ) (met motorhomeparking), Castelnaud-La-Chapelle en Beynac-et-Cazenac (eveneens met motorhomeparking). Waarna we ´s avonds op de gratis motorhomeparking van Montfort ( 10 ) arriveerden om te overnachten en om van hieruit op zaterdagmorgen een bezoek te gaan brengen aan Sarlat ( 11 ), waar het op zaterdagmorgen bovendien ook nog eens markt is.
Na de weer noodzakelijke verzorging op de motorhomeparking van Montfort en ons uitgebreide bezoek aan Sarlat zijn we in de late namiddag doorgereden naar het vanuit de historie strategisch gelegen Souillac aan de Dordogne, waar we op de alweer gratis motorhomeparking overnacht hebben.
Van hieruit zijn we op zondag doorgereden naar Rocamadour ( 12 ). Het welbekende in een prachtige bergkloof gelegen toeristische stadje in het departement Lot. Omdat de vallei voor mijn Fifth-Wheel combinatie niet te bereiken is en omdat er op de parkings in de vallei niet overnacht mag worden kozen wij voor een van de parkings boven. Je hebt er de keuzemogelijkheid tussen de parking Le Chateau of L´Hôspitalet. Wij kozen voor de laatste vanwege de dichterbij gelegen winkels en horeca. De Fifth-Wheel werd afgekoppeld om met de auto af te dalen naar de vallei om vandaaruit het stadje te bezoeken. ´s Avonds hebben we op de riante motorhomeparking de BBQ weer doen branden.
Maandagmorgen werd de reis verder gezet naar Vers ( 13 ). Dit dorpje aan de monding van het bergriviertje Vers met de Lot en heeft sinds kort een gratis verzorgingsstation met een nabijgelegen gratis camperplaats.
Op deze parking werd opnieuw de Fifth-Wheel afgekoppeld om het prachtige oude stadje
St-Cirq-Lapopie ( 14 ) te bezoeken, wat enkele km stroomopwaarts aan dezelfde Lot ligt. Onder aan de berg van St-Cirq-Lapopie ligt aan de oever van de Lot ook een mooie (niet gratis) motorhomeparking, maar vanwege de scherpe knik in de overgang naar het toegangsweggetje is deze voor een Fifth-Wheel combinatie niet te nemen. Na het bezoek aan St-Cirq-Lapopie zijn we weer teruggereden naar Vers, waar we bij aankomst een onweersbuitje te verwerken kregen.
Dinsdagmorgen was het weer droog en besloten wij het dal van de Lot verder te volgen in stroomopwaartse richting. Hierdoor eindigden wij ´s avonds op de motorhomeparking van Bouillac (met verzorging) in het departement Aveyron. Van hieruit vertrokken wij op woensdagmorgen naar Conques, ook weer zo´n prachtig oud juweeltje (staat op de lijst van Unesco) met zijn bekende klooster wat op de pelgrimsroute naar Santiago De Compostella ligt.
Vanuit Estaing kwamen we in Espailon. Het terrein waarop normaal gesproken motorhomes mogen parkeren en overnachten werd nu ingenomen door de kermis, waardoor wij onze voorgenomen reisplan (overnachting in Espailon) moesten wijzigen. Wel hebben we onze combinatie nog op een andere parking geparkeerd om de stad te bezoeken en zijn daarna doorgereden naar Bozouls ( 17 ) om daar de Grand Canyon van de Aveyron te bezichtigen. Hierna zijn we weer teruggereden naar Espailon ( 18 ) om vandaaruit het schitterende dal van de Lot verder te vervolgen.
Via St-Côme-d´Olt arriveerden we in het absolute kroonjuweel aan de Lot, het dorpje St-Eulalie-d´Olt ( 19 ). Hier mag zowel op de parkeerplaats voor de Tourist-Info in het dorpje als op het weilandje juist 200 meter daarvoor geparkeerd en overnacht worden door motorhomes.
In de namiddag kwamen we aan in Roquefort-sur-Soulzon ( 21 ). Inderdaad, het stadje waar de bekende kazen vandaan komen en waar de kaasgrotten te bezoeken zijn. Omdat de motorhome parking zich daar minder leent om uitgebreid de luifel uit te draaien en de BBQ te doen branden, besloten wij naar het 3 km verder gelegen Tournemire ( 22 ) te rijden. Hier ligt naast het gemeentehuis een mooi aan een grasveld grenzend parkeerterrein waar zoiets wel mogelijk is en je hebt er een schitterend zicht op de omringende bergen.
Zaterdag hebben wij het departement Aveyron verlaten en zijn wij richting de Ardeche ingetrokken. De bedoeling was Anduze in het departement Gard. In dit toeristische oord aan de oever van Le Gardon is het toegestaan om op alle parkings met motorhomes te parkeren en overnachten, maar het was inmiddels al zo warm geworden dat het asfalt aan het smelten was. Wij hadden geen zin om in zo´n broeiend stadje op een parkeerplaats te blijven hangen en besloten om door te rijden naar Les Mages, een dorpje ten noorden van Alès. Volgens onze informatie was hier een rustieke motorhomeparking met verzorgingsstation. Rustiek was de parking inderdaad. Die was ruim een kilometer buiten het dorpje gelegen, met totaal niets te beleven. Bij het doorrijden van het dorpje was ons achter het gemeentehuis al wel een prachtig parkeerterrein opgevallen, dus wij rechtsomkeer daar naartoe. Dit was echt een dorpstafereeltje zoals je dat in films ziet. Schaduwrijk, gemeentehuis, postkantoor, slager, café met terras (Café de Paris genaamd, hoe origineel), alles aan dit terrein gelegen. Wij hebben hier een heerlijk rustige nacht doorgebracht en trokken op zondagmorgen verder. Via St.Ambroix, waar een rommelmarkt gaande was en op een aangrenzend terras de Franse variant van het Frühshoppen werd opgevoerd stond het dorpje Banne als einddoel op het programma. Dit zou een oud bergdorpje zijn even ten zuiden van Les Vans op de zuidgrens van de Ardeche. Een mooi middeleeuws fort en een mooie motorhomeparking met een fantastisch uitzicht over de onderliggende vallei. Dat alles was waar, echter de motohomeparking was tegen de muur van de kerk gelegen en kon alleen maar bereikt worden via een smal weggetje met een haakse bocht om een stenen paal om de parking te bereiken. Voor een Fifh-Wheel een niet te nemen hindernis. Omdat het er zo mooi was heb ik het tegen beter weten in toch op verschillende manier geprobeerd, maar het was niet te doen. Omdat we het nabijgelegen Bois de Paiolive wilden bezoeken besloten we naar Les Vans te gaan, maar de daar aanwezige motorhomeparkings vielen ons zo tegen, dat we van het hele plan afzagen en doortrokken naar Vallon-Pont-d´Arc ( 23 ). Hier reden we rechtstreeks naar de schaduwloze motorhomeparking en gingen wat verkoeling zoeken in de stad.
Maandagmorgen zijn we bij Pont-d´Arc gaan zwemmen in de Ardeche. Rond het middaguur ging de temperatuur al weer naar de richting van 40 graden. Om de zinderende hitte te ontlopen werd besloten om een dikke 100 km noordlijker naar Tournon-sur-Rhône te rijden. Uit ervaring wist ik dat je hier midden in de stad onmiddellijk aan de oever van de Rhône een prachtig groot schaduwrijk parkeerterrein hebt waar het goed toeven is. Daar aangekomen echter bleek de situatie enigszins veranderd te zijn. Het zandgedeelte, wat doorgaans door motorhomes gebruikt werd, was met stenen afgezet en kon dus niet gebruikt worden. Op het asfalt gedeelte stonden wel enkele motorhomes, maar je kon zo zien dat hun de situatie ook tegenviel en dat zij niet van zins waren hier de nacht door te brengen. Gezien hetgeen wat er allemaal ronddoolde daar, konden wij die gevoelens wel begrijpen en omdat het al laat begon te worden en wij niet meer zelf op zoek wilden gaan maar even de guide erbij genomen. Aan de andere kant van de Rhône, in het departement Drôme, zouden we op enkele km afstand in St-Donat-sur-l´Herbasse een royale parking met verzorging hebben. Daar aangekomen was de parking snel gevonden, maar gelegen aan een sportcomplex aan de rand van de stad, zonder een enkele andere motorhome, besloten wij op het parkeerterrein naast de Gendarmerie wat we zojuist gepasseerd hadden te overnachten.
Omdat de hitte aan bleef houden besloten we om dinsdagmorgen naar een willekeurig bergmeer in de Jura af te reizen. In eerste instantie kwamen we aan in Merpuis. Bij een prachtig stuwmeer in de rivier L´Ain. De parkeerplaats daar die volgens onze internetinformatie voorhanden was bleek echter van 1 mei tot 15 september verboden voor motorhomes. Noodgedwongen gingen we enkele kilometers verder naar Nantua ( 24 ) en het Lac-du-Nantua. Hier kwamen wij in een waar paradijsje terecht. Een wondermooie motorhomeparking met schaduwmogelijkheden rechtstreeks aan de oever van het meer met kraakhelder water, waarin uiteraard een erg uitnodigende verfrissende duik genomen werd. Omdat het hier zo aangenaam en schitterend was werd voor 1 keer een uitzondering gemaakt en bleven we een dag staan, al viel de stad Nantua op zich ons ontzettend tegen.
Donderdagmorgen werd na gebruikmaking van het verzorgingsstation koers gezet naar de Vogezen. Na een bezoek aan Clairvaux-les-Lacs kwamen we aan in St-Point-Lac ( 25 ) op wederom een prachtige motorhomeparking aan de oever van het meer. In dit gebied waanden wij ons in Zwitserland of Oostenrijk, niet alleen qua landschap en bouwstijl, maar ook getuige de koeien die ´s avonds al rammelend met hun bel om de nek de berg afgedwaald kwamen naar de stal van de boerderij aangrenzend aan onze parking.
Na een bezoek aan de lokale ambachtelijke kaasboer op vrijdagmorgen, waar we wat van de overheerlijke Comté kaas inkochten, vertrokken we naar onze laatste etappeplaats: Thaon les Vosges. Werd in vroeger jaren nog altijd Charmes aangedaan, deze plaats is ons te massaal geworden, wij kiezen voor het wat rustiger verblijf in Thaon.
Zaterdagmorgen gingen we voor de laatste 400 km van onze reis van toch ruim 3000 km terug naar België.
´s Middags om 17.00 uur waren we weer terug op het vertrouwde nest, met vele mooie herinneringen aan een geslaagde reis.
